Flashback: 6 mei in het verleden
Dinsdag, 6 mei 2014
De bewolking is tijdens de nacht verder toegenomen waardoor het erg zacht bleef bij minima van 12,8 graden. Vanochtend moesten we echter een grijze hemel en bijhorende somberheid incasseren als tegenprestatie. Het koufront dat een vroegtijdig einde aan het nog maar amper op gang gekomen zomeropstootje wilde maken, hing immers al boven ons. Veel activiteit zat er echter niet op want het bleef gewoon droog onder een grijze Altostratus lucht waaronder wat Altocumulus castellanus groepjes te zien waren. Wie op het juiste moment op de juiste plaats stond kon ook nog een glimp van het matglaszonnetje opvangen dat er met veel moeite soms nog doorheen priemde. De radarbeelden sloegen ondertussen blauw uit van de neerslag maar het bleek om 'virga' te gaan die verdampte voor deze de grond kon bereiken. Vanuit het zuiden naderden opklaringen die ons kort na de middag bereikten zodat iedereen weer kon genieten van een redelijk krachtige, stekende zon in een diepblauw gekleurde hemel. De temperaturen liepen op tot 22,6 graden en het voelde op en top zomers aan. De slechtweerswaarschuwingen hoefden we echter nog niet in de prullenmand te gooien of tot mikpunt van spot en hoongelach te promoveren. Vanuit datzelfde zuiden naderde immers een nieuwe storing die er een stuk actiever uitzag dan haar voorganger die we zonet op de koffie hadden. Aan diens voorzijde werden tijdens de namiddag volop stapelwolken en een weinig Stratocumulus gevormd waardoor de zon het al snel weer moeilijk kreeg en korte tijd later verschenen er opnieuw buien aan de horizon. Deze keer was het ook in Malderen prijs en kwam het tot een kort maar krachtig stortbuitje dat een tweetal mm wist af te leveren. Hierna leek het afgelopen te zijn en kwam het niet verder dan wat verdwaalde regendruppels die heel af en toe uit het niettemin dreigende, grijze wolkendek vielen. De wind draaide naar het westen en er stroomde koelere lucht binnen. De bewolking ging over in Altostratus waar een opvallende golvende structuur leek in te zitten (gravity waves) en telkens er zo'n golf boven Malderen hing vielen er vijf druppels naar beneden. Ook opvallend was dat de wind hierbij terug naar het zuiden kromp om vervolgens weg te vallen. Omstreeks 22H30 wisten de weergoden ons echter te verrassen met een plotse toename van de neerslagintensiteit en ging het voor langere tijd aanhoudend regenen met dikke druppels. Dit leverde een naar onze huidige normen hallucinant neerslagtotaal van 5,4 mm op. De wind ruimde ondertussen weer naar het zuidwesten al bleef deze nauwelijks voelbaar.
Woensdag, 6 mei 2015
Het is tijdens de nacht nagenoeg helder geworden, en het kwik kwam uit op 9,9 graden als minimum. De wind was er al vroeg bij vandaag, nog voordat het licht werd ging ze alweer flink tekeer met vlagerige stoten uit overwegend zuidwestelijke richting. Na zonsopgang werden al snel stapelwolkjes gevormd die geleidelijk talrijker werden en zich aftekenden tegen een fraaie, diepblauwe lucht. Ze zagen er vriendelijk uit, maar toch waren ze dat niet want tegen de middag bolden ze verder op en zagen we al vlug de eerste ijskappen van volwassen buienwolken verschijnen. Het ging erg snel (waardoor we de maxima van 17,9 graden haast vergaten op te tekenen) en we zagen de ene na de andere buienwolk tevoorschijn springen in het zuidwesten. Halverwege de namiddag kwam het in Brussel tot een flinke wolkbreuk en na een poosje volgde er een tweede stortbui die ook nog eens met onweer gepaard ging en zeer felle windvlagen. Op een of andere manier is het dan toch gelukt om ook een zware onweersbui tot in Londerzeel te krijgen, en het Malderse weerstation kreeg er stevig van langs met krachtige valwinden, stortvlagen, een paar hagelbollen en het nodige klank- en lichtspektakel (aldus het thuisfront en de hier en daar doorboorde plantenbladeren) De bui trok weg naar het noordoosten en er was een flinke updraft te zien aan haar zuidwestelijke flank. Een goede kandidaat voor een supercel dus, en later werd inderdaad melding gemaakt van een supercel die de Duitse grens was overgestoken (lowtopped). De rust keerde daarna weer, althans wat neerslag betreft want de wind had er duidelijk nog lang niet genoeg van gekregen en bleef er maar op los beuken tot diep in de avond. Na 20H nam deze zelfs weer verder toe en leek het alsof we middenin een winterstorm waren terechtgekomen. Er verscheen toen een band van stapelwolken die van zuidwest naar noordoost liep en langzaam opschoof naar het zuidoosten. Vooral op de satellietbeelden was dit erg indrukwekkend en had deze de vorm van een witte streep wat mogelijk op een convergentielijn wijst en een verklaring voor de weer aanwakkerende wind zou kunnen zijn. In het noordwesten verscheen een bandje van Cirruswolken dat geleidelijk in de richting van de stapelwolken trok. Op het eerste zicht leken het eenzame Cirruswolken te zijn, maar wie heel goed keek kon zien dat ze de voorste begrenzing van een heel dunne laag Cirrostratus bewolking vormden dat slechts zichtbaar was door een iets lichter blauwe kleur van de hemel achter deze Cirruswolken. Tegen zonsondergang verschenen er meer sluierwolken in het noordwesten en dook er ook Altocumulus op. Verdere gevolgen bleven echter uit in Malderen en toen we het neerslagtotaal van 9,7 mm optekenden stelden we vast dat de opwindende wind dan toch nog een heel kleine versnelling lager was geschakeld.
Vrijdag, 6 mei 2016
De Cirrostratus bewolking is tijdens de nacht weer overgegaan in Cirrus en dunner geworden, maar het was wel een chaotisch allegaartje van strepen, veertjes en condensatiesporen vanmorgen. Ten westen van ons zat meer bewolking al was dat alleen op de satelliet te zien. Ondanks de dunne bewolking is het vrij zacht gebleven met minima van 7,1 graden en het was ook erg rustig met slechts een zwak zuidoostelijk briesje. De zon liet het snel opwarmen en we waren meteen in zomersfeer. De sluierbewolking nam lichtjes toe maar het deed geen afbreuk aan de weerskwaliteit en uiteindelijk haalden we zeer aangename maxima van 26,1 graden. De wind was zwak en kwam meestal uit zuidoostelijke richtingen. Tijdens de avond veranderde er weinig en konden we tot in de late uurtjes in de buitenlucht genieten bij slechts langzaam dalende temperaturen. De sluierbewolking nam toen af al leek deze zich weer wat samen te pakken in het westen. De droge periode begon langzaam vorm te krijgen met alweer een neerslagtotaal van 0,0 mm.
Zaterdag, 6 mei 2017
Het is de laatste maanden een zeldzaamheid geworden, maar vanochtend bleek er nog eens geen noordcomponent in de windrichting te zitten. Een depressie is ten zuidwesten van ons terecht gekomen waardoor er een droge en zachte oost- zuidoostelijke bries opstak. We konden genieten van brede opklaringen en diepblauwe luchten en de bewolking bestond uit wat vormeloze wolkenflardjes die hier en daar uitgroeiden tot een mooiweerswolkje. Het warmde snel op en de tamelijk frisse minima van 7,1 graden waren dan ook even snel vergeten. Tijdens de namiddag moesten we wel rekening houden met Cirrus en Cirrostratusbewolking die vanuit het zuidwesten kwam opzetten. Deze had hier en daar wat aambeeldvormige structuren (Spissatus) en ze werd geflankeerd door Altocumulusbandjes waardoor het leek alsof we tegen de flank van een onweerscel aankeken. En misschien was dat ook wel zo want volgens de analysekaarten bevond zich in deze wolkenband een convergentielijn waar zich wel degelijk buien op ontwikkelden. Naar de avond toe zag het er dan ook erg dreigend uit in het zuiden en de bewolking zag er hoogzomers uit met Altocumulus castellanus die een op handen zijnde zwoele onweersavond lieten vermoeden. De temperaturen hielpen daar ook nog eens aan mee want we haalden maxima van 21,6 graden. Hoewel dit nog niet zwoel is, gaf dit wel een vergelijkbaar gevoel na de ijzige voorjaarskou die we reeds achter de rug hebben. De buien bleven echter uit en het overtrok gewoon met Stratus en Stratus fractus bewolking waarop een erg kille en sombere avond volgde. Bovendien zagen we die noordcomponent dan toch weer in de wind komen toen er een koude noordwestelijke bries opstak die ons weer met beide wintervoeten op de onderkoelde grond bracht. En dat was nog steeds droge grond met een neerslagtotaal van 0,0 mm
Zondag, 6 mei 2018
Ook vandaag werden we opgewacht door staalblauwe luchten zoals we ze in onze streken bijna nooit te zien krijgen. De minima zijn op 9,9 graden uitgekomen en ook deze keer werd er geen dauw gevormd. De wind draaide naar zuidelijke richtingen en het kwik werd omhooggestuwd naar 26,7 graden. Tijdens de namiddag zagen we een paar lichter blauw gekleurde vlekken die de vorm van Cumulus wolken hadden en op thermiekbellen wezen. Maar ook dit had geen enkele weerslag op het weer en kon door de zweefvliegsporters alleen maar toegejuicht worden. Tijdens de avond bleef het lang zacht terwijl het door de droge lucht niet zwoel aanvoelde. Het neerslagtotaal kwam ook vandaag op 0,0 mm uit.
Maandag, 6 mei 2019
(Taiwan) De dag begon grijs en somber in Taipei maar het was nog droog. Lang duurde het niet of er begonnen kleine druppels te vallen die snel groter werden en tijdens de voormiddag kregen we dan af te rekenen met perioden van matige regenval. Het was erg somber en donker terwijl het door het vocht en de warmte broeierig aanvoelde. In vergelijking met Kaohsiung voelde het echter een stuk frisser aan met een 23-tal graden en het leek wel alsof er een vleugje herfst in de lucht hing. Tijdens de namiddag volgde er weer een drogere periode maar dit werd tegen de avond al snel weer afgerekend met nieuwe perioden van regen. De intensiteit was niet zo groot maar het was genoeg om er een verwaterde boel van te maken en de heuvels rond Taoyuan dampten van het vocht. Bij het opstijgen richting Hong Kong zaten we al snel in de wolken en daarboven konden we zien hoe er in de richting van China een muur van Cirrus densus leek te hangen die steeds aan onze rechterkant zichtbaar bleef tot aan Hong Kong. Op een gegeven moment moesten we daar dus wel doorheen en dit zorgde dan ook voor een erg schokkerige afdaling wat later. Bij de aansluitende vlucht naar Brussel zaten we terug meteen in de wolken en zodra we daar boven hingen, doemde er een buienlijn op in het noorden. Er volgde wat turbulentie maar het was niet hevig en we zaten al snel aan de achterkant waar de bewolking weer stratiformer en onschuldiger was. Doch na een paar uur kwam het dan toch weer tot plotse erg zware turbulentie die een tijdje leek aan te houden en erg grillig was.
Woensdag, 6 mei 2020
De vorst is met 4,6 graden uitgebleven al kan er buiten steden en dorpen misschien toch nog een plantaardig slachtoffer gevallen zijn. Van bewolking was er nu niets meer te zien, zelfs geen sluierwolkjes aan de horizon in tegenstelling tot de voorbije dagen. De wind is verder naar het noordoosten geruimd en er werd heldere, kurkdroge en iets zachtere landlucht aangevoerd. Vooral na de middag was het aangenaam lenteweer met maxima van 20,5 graden maar de schrale wind maakte wat beschutting niet overbodig. Deze ging gelukkig wel weer liggen naar de avond toe en zo konden we ze bijna letterlijk bruin bakken in de bijzonder krachtige zon. Eens die onder was kwam de koelte er echter weer snel in en daar veranderde de verder afzwakkende wind (die ondertussen al oost- zuidoostelijk is geworden) niet veel aan. Het optekenen van het neerslagtotaal van 0,0 mm was ondertussen niet meer dan een formaliteit.
Donderdag, 6 mei 2021
Tijdens het tweede deel van de nacht is er sluierbewolking binnen getrokken uit een volgend lagedruksysteem, en aan de voorzijde van de regenzones en buiengebieden zat dus traditioneel weer een gebied met brede opklaringen en rustige weersomstandigheden. Ideale omstandigheden dus om het kwik nog eens flink onderuit te halen en de minima logen er dan ook niet om met 3,7 graden. Tijdens de voormiddag hing de sluierbewolking er nog steeds en hierbij viel op dat ze overging van een egale laag Cirrostratus fibratus naar een chaotisch kluwen van dichtere Cirrus met donkerblauwe plekken ertussen. Later ontstonden er ook weer stapelwolkjes maar het was deze keer maar op beperkte schaal waardoor het overwegend zonnig bleef. De westelijke wind was ook niet al te krachtig waardoor we van een niet onaardig lenteweertje konden spreken. Het kwik bleef wel wat achter met maximaal 15,0 graden. Na de middag werden de stapelwolkjes groter en talrijker maar ondertussen begon de sluierbewolking zich samen te pakken tot Altostratus die vanuit het westen kwam opzetten. Deze zorgde ervoor dat de stapelwolkjes geen voeding meer kregen van de zon en dus was het deze matglasbewolking die uiteindelijk overbleef. Ook deze was niet egaal en na een tijdje konden we er de silhouetten van samengekoekte buienwolken in herkennen inclusief valstrepen eronder. Het duurde daarna niet lang eer het begon te regenen, eerst met een buiig karakter en later meer egale regen. Vanuit het westen werd de bewolking geleidelijk weer dunner en later verschenen er opklaringen die erg fraai oogden in het avondlicht nu er ook mooie Altocumulus- en Stratocumulusveldjes tussen ontstonden. Af en toe viel er nog een druppeltje uit maar voor de rest bleef het droog en rustig. De vochtige avondlucht vulde zich met de geur van humus en lentebloesems waardoor er een hemelse sfeer hing en een avondwandeling tot een ware wellnesskuur werd verheven. Er moest echter flink doorgestapt worden op zo'n wandeling want het was behoorlijk fris en wie daarbij in een of ander weerstation langs de weg toevallig een pluviometer spotte kon daarin een neerslagtotaal van 1,1 mm aflezen.
Vrijdag, 6 mei 2022
De neerslag van gisteren heeft voor een vochtige atmosfeer gezorgd en dit zorgde in deze windstille condities onder de open hemel voor flink wat mist. We ontwaakten dus in een kleine wereld en het leek wel herfst met al die dauw en de typische humusgeur die er nu hing. Met minima van 9,4 graden was het aan de zachte kant en de mist ging over in Stratus. Deze begon geleidelijk op te lossen en vooral aan de kust en langs steden kreeg men de zon al snel weer te zien. Op andere plekken moest men een tijdje wachten, maar eens de zon daar doorbrak ging het kwik wel als een speer de hoogte in bij een nog steeds erg zwak noordelijk tot noordwestelijk briesje. Tegen de middag werden er stapelwolken gevormd en de hemel kreeg daarmee weer een typische zomerse aanblik. We haalden maxima van 23,5 graden en de zon werd slechts zelden onderbroken door deze stapelwolkjes. Deze losten later in de avond weer op en het ging ook weer vrij snel afkoelen terwijl de noordelijke wind ging liggen. We sloten af met een neerslagtotaal van 0,1 mm, zonder enige twijfel een gevolg van condens uit de mist vanochtend.
Zaterdag, 6 mei 2023
Tijdens de voormiddag konden we van mooi en zonnig lenteweer genieten na een licht bedauwde ochtend bij minima van 9,0 graden. Cumulus wolken en Cirrostratus met wat Altocumulus erbij maakten de dienst uit. De sluierbewolking begon echter langzaam maar zeker dikker te worden en hoewel het aanvankelijk maar langzaam leek te gaan, verschenen er in het zuiden plotseling Altocumulus en Stratocumulusvelden die door uitspreiding zijn gevormd. Hierin zaten buien ingebed en de zon die eerst nog redelijk goed doorheen de inmiddels in Altostratus translucidus overgegane bewolking kon schijnen, moest het onmiddellijk opgeven. Wat volgde was een grijze namiddag waarin het af en toe lichtjes regende. Het was allemaal amper meetbaar maar telkens toch voldoende om allerlei buitenactiviteiten te verstoren. De zwakke zuidelijke tot zuidoostelijke wind zorgde er echter voor dat het allemaal nog best aangenaam was onder een afdakje, de hoge vochtigheidsgraad hielp daar ook aan mee en dit bij eerder bescheiden maxima van 19,9 graden. Tijdens de avond werd het terug wat droger en begon de zon er weer doorheen te komen in een mix van Cumulus congestus, Stratocumulus castellanus en Altostratus die onstabiliteit uitstraalde. Het had allemaal wel wat qua uitzicht en het was nog steeds aangenaam om er bijvoorbeeld een terrasjesavond van te maken. Nieuwe buien kwamen er voorlopig niet meer aan te pas en we eindigden met een bescheiden dagtotaal van 0,0 mm.
Maandag, 6 mei 2024
Het was vanochtend erg broeierig met minima van 11,7 graden en er hing redelijk wat Altocumulus, Stratocumulus en Cirrostratus bewolking. De zon kon er eerst af en toe nog doorheen glippen maar het tweede deel van de regenzone die ons gisterenavond al bereikte, begon nu vanuit het zuiden binnen te trekken. De kleuren waren flets, de atmosfeer maakte een nevelige indruk en de buienwolken die zich begonnen te ontwikkelen zaten dan ook deels verscholen tussen laaghangende bewolking en nevel. Hierdoor zag de lucht er soms dreigend donker uit en het andere moment werd het aan één kant van het luchtruim weer wat lichter, zonder dat we echt een duidelijk zicht hadden op wat er zich aan het afspelen was. Hoe dan ook bleven we overdag nog van de neerslag gespaard en was het ook met (vooral na de middag) weinig zon erg aangenaam buiten met maxima van 18,2 graden en slechts een zwak zuidelijk tot zuidoostelijk briesje. Omstreeks 15H05 begon zich in het zuidwesten echter plotseling een donkere band af te tekenen en op de radarbeelden zagen we ook hoe een lange maar smalle buienlijn ons heel dicht heeft kunnen benaderen en op het punt stond om over Malderen te trekken. Op basis van die beelden zou men denken dat de passage snel zou gebeuren met betrekkelijk weinig neerslag en de voorspellingen over een kleine zondvloed leken dan ook de mist in te gaan. Maar dat was buiten de treksnelheid van de buienlijn gerekend, want deze begon steeds meer te stagneren en uiteindelijk deed ze er uren over om ons te passeren. Met als gevolg dat we de ene stortbui na de andere te verwerken kregen met soms tropisch aandoende stortregens. Er leek ook wat gerommel hoorbaar te zijn al kan het mogelijk ook van bouwwerken in de buurt komen daar de radar de bliksemactiviteit (die er wel degelijk in zat) nogal ver ten westen van ons toonde. Maar of het nu met of zonder onweer was, de buienlijn kon echt wel tellen en de lager gelegen gebieden zullen het zeker geweten hebben. Op verschillende plaatsen waren er immers weer meldingen van ondergelopen kelders en gazons. Pas tegen zonsondergang begon het terug wat droger te worden, en met het binnenstromen van koelere lucht achter dit koufront voelde het nu ook killer aan. Wel stond er nog steeds weinig wind waardoor het eerder een vochtige klammigheid was die we ervaarden. De frontpassage bleek uiteindelijk goed te zijn voor niet minder dan 8,8 mm. Later op de avond werd het een beetje nevelig en begon er zich in de met vocht bezwangerde omgeving ook wat dauw te vormen. De bewolking bleef hangen en we kregen de zon noch de sterren dus niet meer te zien.
Reacties
Een reactie posten